Waarom governance?


Het Nederlandse bodem- en waterbeheer is uitdagend. Er liggen meerdere opgaven, er zijn veel partijen en dus belangen en zienswijzen betrokken. Daarnaast zijn de verantwoordelijkheden en bevoegdheden versnipperd en de rolopvattingen en –verdelingen in ontwikkeling.

Bij bodem- en waterbeheerders roept de complexiteit veel ‘hoe’-vragen op. Weten wat er nodig is en met welke maatregelen dit bereikt kan worden volstaat niet, we moeten de weg naar realisatie vinden: ‘Hoe brengen we innovaties verder?’ ‘Hoe verbinden we bodem en water aan andere maatschappelijke opgaven?’ ‘Hoe overbruggen we de kloven tussen het bodem- en waterbeheer en al die andere beleidsterreinen die relevant zijn en die zich uiten in verkokerde beleidsontwikkeling, versnipperde taken- en bevoegdheden en gescheiden geldstromen?’ ‘Hoe komen we van afzonderlijke maatregelen tot een integrale en gebiedsgerichte aanpak?’ ‘Hoe geven we gebruikers en marktpartijen een prominentere rol in het bodem- en waterbeheer?’ Wij noemen dit de ‘governance kant’ van het bodem- en waterbeheer. Goede Governance richt zich op het adresseren van deze kennisbehoefte vanuit de praktijk.

Om deze vragen te beantwoorden maakt het deelprogramma gebruik van twee methodieken: “governance analyse” en “participatieve monitoring”. Deze twee methodieken worden inzet bij zowel de proeftuin in Oost als in Zuid waar ‘theorie’ en ‘praktijk’ elkaar ontmoeten.